Aan het begin van het schooljaar 2024-2025 heeft VSO Meerklank 10 klassen in onderstaande verdeling. De onderbouw zijn de eerste twee leerjaren VSO, middenbouw het derde en vierde leerjaar, en de bovenbouw is leerjaar vijf, zes, zeven en eventueel acht. Vanwege het kleine aantal leerlingen zijn er vaak combinatieklassen in de B-stroom
A-stroom |
B-stroom |
Klas 1A (onderbouw |
Klas 1B (onderbouw/middenbouw) |
Klas 2A (middenbouw) |
Klas 2B (middenbouw/bovenbouw) |
Klas 3A (middenbouw/bovenbouw) |
Klas 3B (bovenbouw) |
Klas 4A (bovenbouw) |
Klas 4B (bovenbouw) |
Klas 5A (bovenbouw) |
|
Doorstroomklas (gemengd)* |
|
- De doorstroomklas is er op woensdag, donderdag en vrijdag (in totaal 5 dagdelen)
Aan het einde van een VSO-schoolloopbaan zijn er drie uitstroombestemmingen mogelijk:
- dagbesteding
- (beschermde) arbeid
- vervolgonderwijs
Op Meerklank bieden wij onderwijs voor de uitstroombestemmingen dagbesteding en (beschermde) arbeid. Wij bieden geen leerroute voor vervolgonderwijs.
Het merendeel van de leerlingen binnen Meerklank stroomt uit naar (licht) arbeidsgerichte dagbesteding. Een klein percentage leerlingen stroomt uit naar ervaringsgerichte dagbesteding. Gemiddeld 10-15 % van de leerlingen stroomt uit naar beschermde arbeid. Af en toe wordt een leerling met uitstroombestemming BA geaccepteerd op een MBO-entreeopleiding en stroomt dus uit boven het gestelde perspectief.
In de A-stroom is de lesstof als basisaanbod gericht op uitstroom naar arbeidsgerichte dagbesteding (AD) en naar beschermde arbeid (BA).
In de B-stroom is het basisaanbod gericht op uitstroom naar licht arbeidsgerichte dagbesteding (LAD). De leerlingen die uitstromen naar ervaringsgerichte dagbesteding (ED) krijgen een intensief arrangement vanuit het basisaanbod LAD.
We onderscheiden 4 groepen leerlingen binnen onze doelgroepzoals we die in ons schoolondersteuningsprofiel hebben beschreven:
1.
Leerlingen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking (IQ onder 35) met een meer dan gemiddelde behoefte aan pedagogisch-didactische ondersteuning. Daarnaast hebben velen een sociaal-emotioneel ontwikkelingsniveau van minder dan 24 maanden. Sommige leerlingen hebben een lichaamsgebonden ervaringsordening (leren en ontwikkelen geschiedt vanuit het tastbare, vanuit het contact met en via het eigen lichaam). De gangbare ondersteuning op de vier gebieden volgens het Landelijk Doelgroepenmodel (LDGM) is zeer intensief:
|
Deze leerlingen stromen voornamelijk uit naar ervaringsgerichte dagbesteding (ED): leerroute 1
|
2.
Leerlingen met een matige verstandelijke beperking (IQ 35 tot 55) met een meer dan gemiddelde behoefte aan pedagogisch-didactische ondersteuning. De gangbare ondersteuning op de vier gebieden volgens LDGM is intensief |
Deze leerlingen stromen voornamelijk uit naar licht arbeidsgerichte dagbesteding (LAD): leerroute 2.
|
3.
Leerlingen met een matig verstandelijke beperking (IQ tot 55) met een meer dan gemiddelde behoefte aan pedagogisch-didactische ondersteuning. De ondersteuning op de vier gebieden volgens LDGM is maximaal voortdurend.
of
Leerlingen met een licht verstandelijke beperking (IQ tussen 55 en 75) met een meer dan gemiddelde behoefte aan pedagogisch-didactische ondersteuning. Zij hebben een zeer grote discrepantie tussen hun cognitief en sociaal-emotioneel ontwikkelingsniveau waardoor zij op maximaal twee ondersteuningsgebieden volgens LDGM intensieve ondersteuning nodig hebben, naast voortdurende of regelmatige ondersteuning op de andere gebieden.
Deze leerlingen stromen voornamelijk uit naar arbeidsgerichte dagbesteding (AD): leerroute 3.
|
4.
Leerlingen met een licht verstandelijke beperking (IQ maximaal 75) met een meer dan gemiddelde behoefte aan pedagogisch-didactische ondersteuning. De ondersteuning op de vier gebieden volgens LDGM is maximaal regelmatig. Zij hebben een grote discrepantie tussen hun cognitief en sociaal-emotioneel ontwikkelingsniveau waardoor zij op maximaal twee ondersteuningsgebieden voortdurende ondersteuning nodig hebben.
Deze leerlingen stromen voornamelijk uit naar (beschermde) arbeid ((B)A): leerroute 4.
Doorstroomklas
Naast deze 4 groepen leerlingen is er een groep leerlingen in de leeftijd van 12-16 jaar, die in onze regio speciale aandacht vraagt:
*Leerlingen met een lichte en matige verstandelijk beperking met een meer dan gemiddelde behoefte aan pedagogisch-didactische ondersteuning en een extreme behoefte aan sociale veiligheid in (zeer) kleine groepen en een niet concurrerende leeromgeving. Zij hebben een laag sociaal-emotioneel ontwikkelingsniveau en/of een disharmonisch profiel en bijkomende gedragsproblematiek. De ondersteuning op de gebieden van het LDGM is op meerdere gebieden (zeer) intensief.
De leerlingen die binnen deze groep vallen, volgen ten tijde van de aanmelding geen onderwijs of vinden bij de overstap naar middelbaar onderwijs of na een behandeltraject geen passende school. De doorstroomklas biedt de mogelijkheid om via maatwerk in een veilige setting en in nauwe samenwerking met het direct betrokken systeem, toe te werken naar het opnieuw invoegen in onderwijs. De plaatsing in de doorstroomklas is voor vijf dagdelen per week en voor maximaal vier leerlingen. De leerlingen worden zo snel mogelijk gekoppeld aan een passende klas binnen Meerklank VSO. Het streven is om de leerling, zo mogelijk binnen een of twee jaar, te plaatsen in een klas op Meerklank of door te verwijzen naar een andere school of een dagbesteding. De doorstroomklas wordt begeleid door een psychologisch-pedagogisch vakleerkracht, het lesaanbod wordt in samenspraak met de leerkracht van de gekoppelde klas opgesteld. Aanpak en adviezen worden in nauw overleg met onze schoolpsycholoog opgesteld.
|
UItstroom
Onze leerlingen zijn de afgelopen jaren uitgestroomd naar de onderstaande vervolgplekken. In het afgelopen schooljaar was de uitstroom passend bij het basisaanbod van onze school: het merendeel van de leerlingen stroomde uit naar een plek passend bij perspectief (licht) arbeidsgerichte dagbesteding. Drie leerlingen stroomden uit naar vervolgonderwijs (MBO 1). Dit is uitzonderlijk.
De bestendiging van de leerlingen op hun vervolgplek is al jarenlang 90% of hoger.
UItstroom naar: |
2022 |
2023 |
2024 |
Vervolgonderwijs |
- |
9% |
16% |
Arbeid (beschermd) |
7% |
9% |
6% |
93 |
|
82% |
72% |
Ervaringsgerichte dagbesteding |
- |
- |
6% |
De vervolgplekken in de dagbesteding zijn vooral in zorginstellingen, zoals Abrona, Reinaerde en Amerpoort. Het gaat hierbij met name om plekken in cafetaria’s en restaurants, in ateliers en op zorgboerderijen. De vervolgplekken voor (beschermde) arbeid kunnen erg verschillen: van beschermd werken bij de BIGA Groep tot een -op de leerling afgestemde- gesubsidieerde werkplek bij een regulier bedrijf. Met name in het reguliere bedrijf is de ‘gunfactor’ voor onze leerlingen een belangrijke voorwaarde voor succes.
Meerklank streeft ernaar dat minimaal 80% van de leerlingen uitstroomt op het gestelde ontwikkelingsperspectief (of daarboven). Dat betekent dat de uitstroombestemming past bij de gevolgde leerroute (of zelfs op hoger niveau ligt). In enkele gevallen blijkt een leerling toch niet de uitstroombestemming van het gestelde perspectief te kunnen behalen.
In het afgelopen schooljaar stroomden vier leerlingen uit boven het gestelde perspectief. Een leerling met perspectief arbeidsgerichte dagbesteding werkte zo goed op zijn stageplek dat hij een werkplek aangeboden kreeg en kon uitstromen naar (beschermde) arbeid. Een leerling met perspectief (beschermde) arbeid maakte in het laatste jaar een zodanige ontwikkeling door, dat zij is toegelaten tot het MBO. Twee andere leerlingen met perspectief (beschermde) arbeid zijn begonnen aan een entreeopleiding (mbo 1) via hun werkplek.
Twee leerlingen met perspectief (beschermde) arbeid stroomden uit onder het gestelde perspectief naar dagbesteding. Een van hen heeft gekozen voor de dagbestedingsplek vanwege de aard van de werkzaamheden en de extra begeleiding die daar wordt geboden. De ander kwam door ziekte een tijdlang thuis te zitten en daarom sloot de gekozen dagbestedingsplek beter aan bij de ondersteuningsbehoefte.
Van de uitgestroomde leerlingen heeft 89% de leerdoelen passend bij hun ontwikkelingsperspectief behaald. De leerlijn rekenen valt op met betrekking tot resultaten onder niveau. Aan deze leerlijn is al aandacht besteed en dit wordt voortgezet (zie ook schoolplan). Ook heeft 89% van de leerlingen de passende ondersteuningsbehoefte bij uitstroom behaald. Het ondersteuningsgebied sociaal-emotionele ontwikkeling valt op. Veel leerlingen hebben op dit gebied blijvend extra ondersteuning nodig en kunnen met die ondersteuning functioneren op hun uitstroombestemming.
Uitstroom naar:
|
2022
|
2023
|
2024
|
uitstroombestemming op het gestelde OPP
|
79%
|
82%
|
67%
|
uitstroombestemming onder het gestelde OPP
|
21%
|
9%
|
11%
|
uitstroombestemming boven het gestelde OPP
|
-
|
9%
|
22%
|