SO: De leerlingen

Aan het begin van het schooljaar 2025-2026 heeft SO Meerklank 8 groepen in onderstaande verdeling.

 

 

Kleuters

4-6 jarigen

1 groep

12 leerlingen

Oefengroep

4-7 jarigen

1 groep

maximaal 4 leerlingen

Onderbouw

7-8 jarigen

2 groepen

18 leerlingen

Middenbouw

9-10 jarigen

2 groepen

18 leerlingen

Bovenbouw

11-12 jarigen

2 groepen

18 leerlingen

 

Aan het einde van de SO-schooltijd zijn er drie mogelijkheden:

*VSO Dagbesteding (op verschillend niveau)
*VSO (Beschermde) arbeid (werken met begeleiding)
*Praktijkonderwijs 

De meeste leerlingen gaan na het SO naar het VSO. Het merendeel volgt daar de route naar (licht) arbeidsgerichte dagbesteding. Een klein deel volgt de VSO route naar ervaringsgerichte dagbesteding. Gemiddeld 25% van de leerlingen volgt de VSO route naar beschermde arbeid. De verhoudingen zijn ieder jaar anders. Heel soms gaat een leerling na het SO naar het praktijkonderwijs.

Op onze school hebben leerlingen verschillende mate van ondersteuning nodig (ondersteuningsintensiteit). Dit zegt iets over hoeveel hulp/nabijheid een leerling nodig heeft en daarmee over de leerroute en uitstroombestemming.

In ons schoolondersteuningsprofiel SO onderscheiden wij 4 hoofdgroepen leerlingen binnen onze doelgroep:

Wij onderscheiden vier groepen leerlingen binnen onze doelgroep:

De eerste groep leerlingen heeft een (zeer) ernstige verstandelijke beperking (IQ lager dan 35) èn

  • heeft heel veel hulp nodig bij het leren en de omgang met anderen.
  • heeft veelal een sociaal-emotionele ontwikkeling van minder dan 2 jaar oud.
  • leert vooral door lichamelijke ervaringen, dus via aanraking en beweging.
  • heeft over het algemeen zeer intensieve ondersteuning nodig op alle vier ondersteuningsgebieden volgens het Landelijk Doelgroepenmodel (LDGM).     

Deze leerlingen gaan via het VSO naar ervaringsgerichte dagbesteding (ED): leerroute 1.

De tweede groep leerlingen heeft een matige verstandelijke beperking (IQ tussen 35 en 55) èn

  • heeft veel hulp nodig bij het leren en in de omgang met anderen.
  • heeft over het algemeen intensieve ondersteuning nodig op de vier ondersteuningsgebieden (volgens het LDGM-model).

Deze leerlingen gaan naar het VSO licht arbeidsgerichte dagbesteding (LAD): leerroute 2.

De derde groep leerlingen is op te splitsen, namelijk in:

Leerlingen met een matig verstandelijke beperking (IQ tot 55) die

  • meer hulp nodig hebben dan gemiddeld bij het leren en in de omgang met anderen.
  • over het algemeen voortdurende ondersteuning nodig hebben op de vier ondersteuningsgebieden (volgens het LDGM-model).

of

Leerlingen met een licht verstandelijke beperking (IQ tussen 55 en 75) die

  • meer hulp nodig hebben dan gemiddeld bij het leren en in de omgang met anderen.
  • een groot verschil laten zien tussen hun leervermogen en hun sociale ontwikkeling.
  • op maximaal 2 ondersteuningsgebieden intensieve ondersteuning nodig hebben en op de andere gebieden voortdurende of regelmatige ondersteuning (volgens het LDGM-model)

Deze leerlingen gaan na het SO naar het VSO arbeidsgerichte dagbesteding (AD): leerroute 3.

De vierde groep leerlingen heeft een licht verstandelijke beperking (IQ maximaal 75) èn

  • heeft meer hulp nodig dan gemiddeld bij het leren en in de omgang met anderen.
  • laat een groot verschil zien tussen hun leervermogen en hun sociale ontwikkeling.
  • heeft op maximaal 2 ondersteuningsgebieden voortdurende ondersteuning nodig en op de andere gebieden regelmatige ondersteuning (volgens het LDGM-model).  

Deze leerlingen stromen na het SO uit naar het VSO (beschermde) arbeid (BA): leerroute 4,  of - een enkeling - naar het praktijkonderwijs.

 

Mate van  ondersteuning geboden door personeel                                                                    

Alle leerlingen op het SO hebben een Toelaatbaarheidsverklaring (TLV) nodig. De TLV geeft aan dat een leerling veel meer ondersteuning nodig heeft dan in het reguliere onderwijs kan worden geboden. De hoogte van de TLV zegt ook iets over de ondersteuningsbehoefte. 

De grootte van de groepen en daarmee de inzet van leerkrachten, assistenten en ondersteuners, hangt af van de mate van ondersteuning die leerlingen nodig hebben. Wij werken tot en met de middenbouw met heterogene groepen van leerlingen met verschillende niveaus en ondersteuningsbehoeften. De groepen zijn niet groter dan 8-10 leerlingen.

In de bovenbouw werken we in twee groepen op niveau. In één groep zitten leerlingen (met uitstroom AD en BA) die voornamelijk voortdurende of regelmatige ondersteuning nodig hebben en meestal een TLV laag. Deze groep heeft maximaal 10 (tot 12) leerlingen.  In de tweede groep zitten leerlingen (met uitstroom LAD en ED) die (zeer) intensieve ondersteuning nodig hebben en een TLV hoog of midden. Deze groep heeft maximaal 8 leerlingen. In uitzonderingsgevallen kan de groep groter zijn en wordt meer personeel voor ondersteuning ingezet.                                                        
Naast de medewerkers van Meerklank zijn er ook zorgmedewerkers van Reinaerde op school. Zij bieden zorg in onderwijs: extra hulp als de ondersteuningsbehoefte van de leerling groter is dan wat leerkracht en assistentie in de klas kunnen bieden. De extra hulp zorgt ervoor dat leerlingen naar school kunnen gaan en hun doelen op school kunnen halen. Voor deze zorg in onderwijs is een zorgindicatie nodig.

 

Onze leerlingen zijn in de afgelopen jaren aan het einde van het SO uitgestroomd naar de onderstaande vervolgplekken.

 

eind uitstroom naar:

2022-2023

2023-2024

2024-2025

VSO ED

-

25%

0%

VSO LAD

20%

-

45%

VSO AD

40%

25%

33%

VSO BA

40%

50%

22%

Praktijkonderwijs

-

-

-

In het afgelopen schooljaar stroomde het merendeel van de leerlingen uit naar (licht) arbeidsgerichte dagbesteding, het basisaanbod van onze school.

Meerklank streeft ernaar dat 80% van de uitgestroomde leerlingen bestendigt op de uitstroomplek, dat wil zeggen dat de leerlingen ruim een jaar na uitstroom nog steeds op een plek van hetzelfde niveau werken als bij uitstroom.

  2021-2022 2022-2023 2023-2024

Bestendiging op niveau van 
van uitstroom

87% 78% 85%

De bestendiging van de leerlingen op hun vervolgplek is al jarenlang 80% of hoger, met uitzondering van het jaar 2021-2022. Van de uitgestroomde leerlingen in 2022-2023 was op 1 oktober 2024 bekend dat 85 % is bestendigd.

 

Meerklank streeft ernaar dat 80% van de leerlingen het streefniveau bij de kernvakken en de sociale en maatschappelijke competenties behaalt bij het gestelde perspectief.

  2022-2023 2023-2024 2024-2025

streefniveau behaald op kernvakken (taal en rekenen)
en sociale en maatschappelijke competenties

80% 100% 100%


In het afgelopen schooljaar is het streefniveau door alle leerlingen behaald.

Meerklank streeft ernaar dat minimaal 80% van de leerlingen uitstroomt naar een vervolgplek op of boven het gestelde perspectief. Dat betekent dat de uitstroombestemming past bij de gevolgde leerroute (of zelfs op hoger niveau ligt). In enkele gevallen blijkt een leerling soms toch niet de  uitstroombestemming van het gestelde perspectief te kunnen behalen.

uitstroom naar:

2022-2023

2023-2024

2024-2025

uitstroombestemming passend bij het perspectief

90%

87%

92%

uitstroombestemming onder het gestelde perspectief

10%

-

8%

uitstroombestemming boven het gestelde perspectief

-

13%

-

 

In het afgelopen schooljaar stroomde een leerling uit naar een vervolgplek onder het gestelde perspectief. Deze leerling had het streefniveau behaald, maar ouders en leerling kozen voor een andere vervolgplek.